Met de komst van cultureel centrum Het Hem ligt de rafelrand van Amsterdam nu in Zaandam

Gevonden op volkskrant.nl

Steeds weer andere kunstenaars zwaaien de scepter, te beginnen met Guillaume Schmidt en Edson Sabajo. Kim Tuin is directeur.

Karolien Knols24 maart 2019, 20:36

Wacht even, horen ze dat goed? Een white cube?

Het is aan het einde van het gesprek. Kim Tuin staat bij de plattegrond van de voormalige munitiefabriek op het Hemburgterrein in Zaandam en ze wijst: daar komt de Hifi Bar, daar een expositieruimte, daar komt een permanente installatie van architectenbureau Raaaf, daar het restaurant, daar nog een expositieruimte en hier een kleine white cube, je kunt er maar met twee man tegelijk in, samen kijk je naar één werk.

White cube, zeggen Guillaume Schmidt en Edson Sabajo, oprichters van het Amsterdamse streetwearmerk Patta, een beetje lacherig. Waarom heet dat nog steeds zo? Zullen ze daar een Black Box van maken? Als ze dan toch bezig zijn met het helemaal anders te doen.

Op 21 juni opent Het Hem, het nieuwe cultuurcentrum van ondernemer en filantroop Alex Mulder. Kim Tuin is er directeur, en dit is de opdracht die ze van Mulder kreeg: maak er een levendige ontmoetingsplaats van. Daarom komen er óók een bibliotheek, zes ateliers en een plek voor een artist in residence. En straks, als alle vergunningen rond zijn, bouwt bureau OMA van architect Rem Koolhaas een hotel dat op poten boven op de fabriekshal komt te staan.

In plaats van zelf te programmeren, krijgt vier keer per jaar een kunstenaar de gelegenheid die 9.000 vierkante meter grote, waanzinnige ruimte, naar zijn of haar hand te zetten. Muzikanten, choreografen, beeldend kunstenaars, operamakers. Sabajo en Schmidt trappen af.

V.l.n.r.: Edson Sabajo, Kim Tuin en Guillaume Schmidt. Beeld Pauline Marie Niks

Het gaat om de gemeenschap

Tuin: ‘Wij willen ons niet concentreren op wie de beste of veelbelovendste kunstenaars van deze tijd zijn. We willen ook niet worden afgerekend op de kaartverkoop. We willen legendarische shows maken. Daarvoor moeten we dicht op de gemeenschappen gaan zitten waar kunst en cultuur ontstaat. Zoals, in het geval van Schmidt en Sabajo, de hiphop. Zij brengen hun community mee: nieuwe makers die en modeontwerper, en dj en beeldend kunstenaar zijn. Zo hopen we verhalen te vertellen die je in de geijkte kunstinstellingen minder snel hoort. En een publiek te bereiken dat echt divers is.’

Ervaring in het maken van een tentoonstelling hebben Schmidt en Sabajo niet. Maar ze kunnen van niets iets maken. Be Afraid of the Enormity of the Possible hangt er op het moodboard in een van de kantoorruimten van Het Hem. Die spreuk lijkt voor Sabajo en Schmidt uitgevonden. Schmidt: ‘We zijn, zonder geld, begonnen met het verkopen van een paar sneakers. Toen kregen we een winkel en werden we een kledingmerk. Maar eigenlijk zijn die sneakers en die kleding voor ons alleen maar een middel geweest om te kunnen reizen en op plekken te komen waar je met mensen in contact kunt komen. En met die mensen zijn we dingen gaan doen. Dat gaat van feesten organiseren tot mixtapes maken met dj’s die we leuk vinden. Van samenwerken met Nike en Dana Lixenberg tot het bieden van een platform aan jonge fotografen of grafisch vormgevers die we goed vinden. Bij ons begint alles met: je mag elkaar graag. Niet met: hoe kan ik zo snel mogelijk geld verdienen.’

Al brainstormend kwamen er de afgelopen maanden namen van kunstenaars naar boven die hen inspireerden. Schmidt: ‘De Amerikaanse kunstenaar Kehinde Wiley, die ook Obama heeft geportretteerd. Rich Medina, een vriend van ons, dj en producer van hiphop. Kunstenaar en fotograaf Cindy Sherman. Dana Lixenberg. Ta-Nehisi Coates, die Between the world and me schreef: een lange brief aan zijn zoon waarin hij beschrijft hoe het is om als zwarte jongen op te groeien in Amerika.’

Tuin: ‘Dat werd een poule van namen, maar daarmee heb je nog geen programma. Dan moet je gaan nadenken: in welke vorm gieten we dat dan?’

De klapper: een boksshow

In New York zag Schmidt hoe Kimberley Drew (Museum Mammy) ‘toffe curaties deed in The Met’. Tuin: ‘En in Tate Modern in Londen is Mark Miller verantwoordelijk voor het jongerenprogramma. Hij adviseert mij. Miller gaat de buurt in en rekruteert kids, hij laat ze dingen organiseren in hun eigen omgeving maar ook in het museum. Miller zegt: ook als daardoor maar twee kinderen geïnspireerd raken door cultuur, is het al goed.’

Don’t be greedy – you gotta take some … and you gotta leave some. Dat is het motto van Sabajo en Schmidt, en het wordt het motto van de show. Expertise delen, kansen bieden aan anderen.

De klapper van de show: de helft van de eerste verdieping wordt een boksschool. Tuin: ‘Maar dan wel een boksschool in een waanzinnige installatie van beeldend kunstenaar Gabriël Lester. We vliegen Michele Aboro in, een vrouwelijke bokskampioen ui Shanghai. Zij gaat tien weken lang een clinic geven voor jongeren die vastzitten in hun leven. Ze krijgen niet alleen boksles, maar ook filosofie- en kunstlessen. En de show wordt afgesloten met een boksgala.’

Het mag duidelijk zijn: met de komst van Het Hem ligt de rafelrand van Amsterdam nu in Zaandam.

Comments are closed